Vakantieherinneringen

Jet Gezin

Na afloop van de vakantie was ik uitgerust, maar bij de aanblik van de hopen was, kreeg ik spontaan last van acute uitputtingsverschijnselen. Het leek alsof de vakantie voor niets is geweest, maar dat is natuurlijk niet waar. We komen namelijk altijd terug met herinneringen die ons voor altijd bij zullen blijven.

Wij dachten de ultieme vakantieherinnering al in de tas te hebben: op een camping in Frankrijk hadden we namelijk een lugubere ontmoeting die we nooit meer zullen vergeten.
Ons zoontje was bioloog aan het spelen en zocht insecten. Hij kroop daarvoor onder de caravan, om er twee seconden later weer pijlsnel onder vandaan te komen.
‘Ik zag een slang!’ piepte hij. ‘Hij keek me aan en stak zijn tong uit!’
Bibberend en misselijk van de spanning stak ik mijn hoofd onder de caravan om er zeker van te zijn dat zijn fantasie niet op hol was geslagen. Dat was niet zo, er zat echt een slang en hij was groot en eng.
De campingmedewerkers reageerden met grote daadkracht. Volledig uitgerust in beschermende kleding haalden zij het beest onder de caravan vandaan. De actie trok veel bekijks en het verhaal ging als een lopend vuurtje ons ‘straatje’ door. Ik durf te wedden dat iedereen nadien voor een toiletbezoek even de pot inspecteerde. Ik in ieder geval wel, ik had geen zin in nog zo’n onverwachte, griezelige ontmoeting.

Dit jaar brachten we onze vakantie door aan het Gardameer, in gezelschap van twee andere gezinnen. Zij wisten van ons avontuur met de slang en ook zij rilden bij het idee. Aan het Gardameer zouden we vast niet zulke enge dieren tegenkomen, dachten we. Dat ons iets anders griezeligs te wachten stond, hadden we niet kunnen bedenken.

Op een avond zaten we met de volwassenen buiten. We praatten en dronken wat, zoals we al anderhalve week zowat elke avond deden. We gedroegen ons heel beschaafd: we dansten niet op de tafel, zongen geen dronkemansliederen en we hadden allemaal gewoon kleren aan. Toch waren er blijkbaar mensen die last van ons hadden, want ineens kwam er een campingbewaker naar ons toe met het verzoek om zachter te doen. Ik vond het een beetje vreemd, overal hoorde je immers nog geluid op de camping, toch namen we ons voor het volume van onze stemmen te verlagen.
Dat bleek echter niet voldoende, want na tijdje doemde er een angstaanjagend gezicht op uit de duisternis. Een woest uitziende Italiaan, campingbewaker nummer twee, stond ineens naast onze tafel.
‘Silencio!’ brulde hij een paar keer, terwijl hij ons dreigend aankeek. Ik wilde vragen waarom wij stil moesten zijn, terwijl hij wel gewoon iedereen wakker schreeuwde, maar ik durfde niet. Zijn ogen spuwden namelijk vuur en ik moest ineens heel sterk aan Bokito denken. Iedereen in ons gezelschap was onder de indruk van de Italiaanse aap, die een paar meter verderop ging staan en met een duistere blik in de gaten hield of wij nog een misstap zouden begaan. Eén van de mannen uit ons gezelschap, compleet niet bang uitgevallen, stond snel op om in zijn caravan te verdwijnen. Wij volgden gedwee zijn voorbeeld.
De volgende dag kregen we een officiële waarschuwing: nog één keer ‘lawaai’ en we zouden van de camping moeten vertrekken. Wij waren ontsteld over de situatie en mijn vriendin eiste een gesprek met de campingmanager. Gelukkig maakte die snel zijn excuses en deed hij de toezegging dat we elke avond buiten mochten blijven zitten, zolang als we wilden. Toch raakte ik het beeld van die monsterlijke Italiaan de rest van de vakantie niet meer kwijt.

Zelfs thuis, tijdens het uitzoeken van de was, zag ik zijn gezicht nog regelmatig voor me. En ik weet niet wat ik nu angstaanjagender vond: die slang of de ontmoeting met die Italiaanse Bokito-lookalike. En daarom zal ik ook deze vakantie niet snel vergeten.

Jet is de moeder van Antonie (9) en Josefien (7) en freelance eindredacteur/ schrijfster. Voor meer informatie www.jetekst.nl