mama potlood snor

Fijn, verlof!

Karen Gezin

Stilzitten: heb ik weinig mee. Met rusten zo mogelijk nog minder. En slapen vind ik nog steeds overschat (ja, we weten dat we gezegend zijn met onze schone slaapster). Gelukkig was ik hoogzwanger nog behoorlijk mobiel, dus afgezien van wat ongemak (lees: een helse voetontsteking waar ik precies 100 meter mee vooruit kwam) was dit alles ook niet nodig . Tel daarbij op dat ik thuis werk als zelfstandige en het woord zwangerschapsverlof klinkt meteen totaal onbekend. Alleen denkt een verloskundige daar anders over. Toen ik 33 weken in verwachting was, vroeg ze of ik al wist wanneer ik met verlof zou gaan. Zes weken van tevoren? Of misschien vier? “Ehm, ik ga niet met verlof hoor”. Met een schuin oog keek de verloskundige naar mijn papieren, terwijl ze ondertussen gedeeltelijk mijn kant uit bleef glimlachen. “Oh, ik zie het al. Je werkt als zelfstandige. Hoe zie je die periode van verlof dan precies voor je?” Ze vroeg het vriendelijk, maar glimlachte inmiddels al wat minder. Blijkbaar had ze allerlei beelden in haar hoofd van een hoogzwangere vrouw die al bellend het perron over zou sjezen om de trein te halen en vervolgens tot elf uur ’s avonds zou doorwerken terwijl ze haar buik als laptoptafel gebruikt. Ik zag het in elk geval zeer beeldend voor me, dus het duurde even voor ik zag dat de glimlach een rechte streep was geworden. Welgemeend vertelde ik hoe ik de komende weken zou invullen. Lopende zaken rustig afronden, hier en daar wat kleinere opdrachten uitvoeren, minder werk per dag inroosteren. Gerustgesteld krabbelde de verloskundige haar notities op papier.

Eenmaal thuis ging de telefoon. Een paar tellen later noteerde ik ‘gesprek jubileumboek’ in m’n agenda. De dinsdag twee weken later zat ik weer bij de verloskundige. Waarom ik er zo netjes uit zag? “Hmm, ik heb straks een interviewgesprek”. Weer die argusogen mijn kant op, dus om haar gerust te stellen vertelde ik dat het pas de vierde afspraak die week was. En, niet onbelangrijk, dat het een erg leuke opdracht was. Met een deadline gewoon vóór de uitgerekende datum, dus geen stress. Na wat onderzoekende blikken besloot ze mijn activiteiten goed te keuren, omdat zowel ik als de baby het prima deden. Opvallend genoeg werd de argwaan van de verloskundige gedeeld door de opdrachtgever (die toch echt met zijn volle verstand om mij had gevraagd, inclusief buik-met-inhoud. En die toch ook 36 weken wel kan omrekenen naar zwangerschapsmaanden, zou je zeggen). Steeds als ik daar binnenkwam keek -ie- me ongerust aan en vroeg: “Het blijft toch allemaal nog wel even zitten, hè?”. Wat hij met ‘het’ en ‘allemaal’ bedoelde wist ik niet precies, en hoelang het nog bleef zitten feitelijk ook niet. Toch kun je sociaal-wenselijk gezien niets anders doen dan zeggen: “Ja hoor, maak je maar geen zorgen”. Gelukkig had Peter toen al tientallen keren gezegd dat ons kind gewoon op de uitgerekende datum geboren zou worden, dus dat hield ik mijn opdrachtgever ook maar voor. Overigens had ik in mijn offerte wel een regeltje ‘onder voorbehoud van een bevalling’ opgenomen, dus wat dat betreft zat ik goed. Die clausule bleek onnodig. Het jubileumboek ging op tijd naar de drukker, en onze dochter werd precies op 40.0 weken geboren. Een maand later bezochten we het jubileumfeest van de opdrachtgever en bekeken we het resultaat van m’n werk. Hoe een standaard verlof is kan ik niet zeggen. Wel wat één van de leukste manieren is om je laatste zwangerschapsweken mee te vullen.

Karen is de moeder van June (geboren 23 november 2011)