voetbal

Voetbal

Wanda Gezin

Ik heb wel al eens geschreven dat mijn jongens beide voetballen. Bart is een E speler en Koen een F speler, op dit moment. Als moeder zijnde vind ik het erg leuk om te kijken als de jongens sporten. Ik ben niet zo’n ouder die haar week afreageert op het voetbalveld, maar ik ben wel altijd een enthousiaste supporter (volgens mij).

Zowel Bart als Koen zijn beide begonnen bij de mini F-jes. Wat is er schattiger dan die kleine mannekes die met hun sokken tot aan de korte broek met z’n alle achter een bal aan rennen! Ze kennen nog geen spitsen, keepers, verdedigers, enzovoort. Ze hebben maar één doel voor ogen en dat is die bal! Het maakt zelfs niet uit als deze bij een eigen teamgenootje afgepakt moet worden. Als dat moet om de bal te veroveren, dan moet dat maar.

Toen Koen zijn eerste training had gehad kwam hij thuis met de mededeling dat hij geen pieren mocht zoeken tijdens de training! Het is natuurlijk een serieuze zaak dat voetballen en daar hoort even onbezorgd pieren zoeken natuurlijk niet bij. Bij de mini F jes gebeurde het ook wel eens dat er een jongetje was die eigenlijk helemaal niet zo’n zin had in voetbal. Maar die zijn heil zocht in zijn teamgenootjes plagen, zijn armen uit de mouwen halen en deze lege mouwen vervolgens in de knoop proberen te draaien, op de grond gaan liggen om even uit te rusten, plassen en drinken tijdens de wedstrijd… enzovoort. Petje af voor mijnheer de trainer die ze dan toch weer in het gareel krijgt en het talentje weer gemotiveerd krijgt om toch weer een potje te gaan voetballen.

Vanaf de mini F werden ze F spelers. En dan word kluitjes voetbal ineens al een beetje echt voetbal. En als de jongens groter worden, wordt het voetballen ook wat ruiger. Er wordt wel eens geduwd of iemand krijgt een voetbalschoen in zijn bovenbeen, zodat de noppen telbaar zijn op de huid. En wie is er dan om een flesje koud wonder water er over heen te gieten, een aai over de bol te geven en te vragen: “Gaat het jongen?” Niet de moeders of vaders langs de zij lijn, nee die mogen zich er niet mee bemoeien. Nee, dat is de taak van mijnheer de trainer!

Natuurlijk winnen ze niet elke week. Het zijn natuurlijk wel super talentjes, zoals je zult begrijpen, maar er zijn altijd kinderen die net iets meer super talent bezitten dan die van ons. En als ze verliezen met 11-0 dan is dat natuurlijk niet iets waar ze vrolijk van worden.  Nee, zelfs 5-0 kan al niet bevorderlijk zijn voor de motivatie om de week erna weer vrolijk op het veld te gaan staan. Maar gelukkig is er altijd weer iemand die de jongens oppept en zegt: Goed gevoetbald, maar net niet gewonnen! Maar jullie hebben wel goed je best gedaan! Juist… mijnheer de trainer.

Ik heb waardering voor de trainers en leiders van de voetballende jeugd. Ze moeten de jongens die onderaan hun voetbalcarrière staan het spelletje leren. Ze moeten ruzies kunnen sussen, verdrietige kinderen kunnen troosten, motiveren, streng zijn, zorgen voor de veiligheid, goed gedrag belonen, scheld gedrag bestraffen. Wat een helden zijn die voetbaltrainers! Jullie verdienen een lintje!

Wanda is de moeder van 2 jongens (7 en 9 jaar)